maandag 28 april 2008

Pieker niet, vier siësta!

Voor de derde keer druk ik op de snooze-toets van mijn mobiel. Stomme wekker! Ik gooi m'n telefoontje gefrustreerd op het nachtkastje. Laat me toch nog even doezelen! Het lijkt amper een minuutje later te zijn als ik opnieuw wakker wordt van het blieb-bloeb-blieb toontje.Vermoeid sta ik op. Ik sliep gisteravond weer veel te laat. Te lang doorgehaald. Elke keer moet ik ervoor boeten.In de spiegel zie ik de wallen onder mijn ogen. Ik pak in mijn nog halfslaperige toestand de krant van de deurmat. "Driekwart van de Nederlanders valt op zondag slecht in slaap omdat ze ligt te malen over de nieuwe werkweek," lees ik op de voorpagina.Dat is bij mij niet echt het probleem. Zorgen heb ik niet zo. Vind het meestal gewoon nog veel te gezellig om naar bed te gaan. Of ik wil nog wat doen aan de studie. En zo kom ik van zondag op maandag vaak niet aan mijn benodigde hoeveelheid slaap. En die keer dat ik niet in slaap kom, lig ik meer te peinzen over de stukjes die ik ga schrijven. Over mijn afspraken met vrienden. Of ik plan alvast wanneer ik weer een rondje kan gaan wielrennen.Toch erg, dat zoveel werknemers er wakker van liggen als ze weer aan de bak moeten. Je kunt beter een leukere job kiezen. Of plan eens wat vaker een uitje met collega's, zodat het allemaal wat gezelliger blijft.Mensen, kijk eens wat vaker naar onze Spaanse medemens! Die ligt vrijwel nooit wakker op zondagavond. En vind je het gek? Zij leven zo relaxed. Lekker siësta 's middags. Plannen van dag tot dag. We kunnen nog wat van ze leren!Terwijl ik rustig de krant doorblader, klinkt er opnieuw een melodietje vanuit mijn telefoon. Ik kijk op het display en schrik op uit mijn stoel. Mijn agenda herinnert mij aan het vroege college van vanochtend: dat was ik helemaal vergeten!
Ik vind het wel even goed geweest. Heb geen zin om in te zitten over alles wat ik moét. Voor het eerst in mijn leven neem ik eens stiekem een dagje rust. Even genieten!

maandag 14 april 2008

Liever keukenprinses dan voetbalvrouw

Zelfs de burgemeester gaat mee, lees ik in de krant. En meer dan de helft van de Kerkraadse bevolking natuurlijk. Maar zelf heb ik er niks mee, met voetbal.
Twee keer drie kwartier stil zitten om naar twee keer elf mannen te kijken die achter een bal aanrennen. En net als je denkt dat het afgelopen is, krijgen ze ook nog extra speeltijd!
Nee, niks voor mij. Ik voel me niet op mijn gemak tussen al die schreeuwende fans. En dan die immense spandoeken, gevaarlijk dichtbij je hoofd.
Natuurlijk zie ik hoe ze genieten van het spel. Zou willen dat ik die passie ook kon opbrengen. Als ik al mijn moed verzameld heb om er toch maar wat van te maken, moet ik natuurlijk wel een paar vragen stellen. Want van de regels weet ik niks.
Maar daar blijken die mannen niet van gediend. Vragende vrouwen moeten ze er echt niet bij hebben als het om de bal draait.
Dan trillen hun benen van de spanning. De ogen strak gericht op de man aan de bal. Een vuist schiet naar mijn schouder als ik mijn vraag stel. De boodschap is overduidelijk: mond houden!
Maar op die manier leer ik het natuurlijk nooit. Weet je wat ik vermoed: jullie mannen willen gewoon niet dat wij vrouwen het spelletje ook snappen.
Zo weten de vrouwtjes tenminste hun plek: bier aanslepen tijdens de televisiewedstrijden. Bakjes chips bijvullen. Asbakken legen. Zodat de mannen ongestoord het voetbal volgen.
Zelfs na de wedstrijd in het stadion komt onze verzorgende rol hen handig uit. Schor van het schreeuwen komen ze thuis. Daar staat een gratis biertje voor hen klaar.
Goed geraden: ik blijf dan ook mooi thuis op 27 april. Hoor achteraf wel of de geelzwarten gewonnen hebben, daarginds in de Kuip.
En die lekkere hapjes dan?
Die maak ik vooral voor mezelf. En zie wel of er nog wat overblijft.

woensdag 2 april 2008

Een onverdiende beeldenstorm

Tegen de grond moeten ze, allemaal! Zouden de vandalen die de mooie mensenbeelden in Heerlen vernielden dat gedacht hebben? Net als onlangs bij die jongen in Maastricht. Even iemand te lang aankijken en je ligt in het ziekenhuis.
Maar waarom? Wordt kunst niet meer gewaardeerd in onze moderne samenleving? Peinzend kijk ik naar de man zonder arm. De vrouw naast hem hield gisteren nog haar hand op zijn schouder, maar nu niet meer.
Van de gekke is het! Wat moeten we nu in zo’n cultuur?
Kijk eens naar hoe andere beschavingen zich gedragen. Kom maar eens mee naar Down Under. Naar de Aboriginals. Niks vernielen of in elkaar slaan. Respect is daar een alledaags begrip.
Een van de stamvrouwen geneest stamgenoten met behulp van dierenhuiden, zo lees ik. Daar hoef je bij ons niet mee aan te komen. Wij Westerlingen vinden zo’n aanpak maar ouderwets. Jammer zo’n vooroordeel over medemensen die toch zweren bij een uitermate mooie levenswijze.
Aboriginals helpen elkaar ècht als ze in nood zijn. De een gaat op zoek naar eten, terwijl de ander via telepathie contact met hem heeft. Indien nodig, wordt de jager bijgestaan in zijn gevecht.
Sieraden, dure huizen en grote auto’s? Dat hebben ze aan de andere kant van de wereld allemaal niet nodig. Materialisme staat tenslotte niet in hun woordenboek.
Ik lees over de stamoudste die de jongste over zijn voorvaderen vertelt. Ik wens dat ik als Aboriginal geboren was.
Welke levensverhalen vertellen wij elkaar nog door? Roodkapje, ja, dit sprookje kan iedereen wel dromen. Maar wie onze over-over-grootvader en –moeder waren, wie weet daar nog van?
Wisten we maar net zo veel van onze voorouders als van Klein Duimpje. Over hun wijsheid van wat wel en niet kan. Dan werd respect wèl met een hoofdletter geschreven. Dan was die jongen in Maastricht niet verrot geslagen geworden. En was ook Heerlen deze beeldenstorm bespaard gebleven.