donderdag 20 augustus 2009

Donkere treinen en agenten in militairenpakjes

Precies op tijd halen we onze trein en daar zitten we dan, voor heel wat uurtjes. Ik lees rustig een boek en doe voor een paar momenten mijn ogen dicht. Maar als we vlak voor de Wit-Russische grens moeten overstappen, slaat de sfeer in een keer om. Op het donkere en enigszins verlaten stationnetje zoeken we gespannen naar het juiste perron.
We nemen plaats in een blauwe wagon, die van binnen helemaal donker is. Ik houd mijn koffer dicht bij me en met mijn andere hand omklem ik mijn handbagage. Ik voel me hier alles behalve op mijn plek. ‘Ik ben blij als we weer thuis zijn,’ zegt mijn vriend, precies waar het op staat.
Na een uurtje gaat het licht aan. Even later gaat de trein eindelijk rijden. Politiemannen komen binnen, onze paspoorten worden gecontroleerd. Met een streng gezicht kijken ze ons stuk voor stuk aan. Je mag niet lachen, want daar houden ze hier in Wit-Rusland niet van.
Vlak nadat we de rivier over zijn, zie ik een heleboel agenten in het donker langs de spoorweg staan. In donkere legerpakken, met petten op en geweren in de hand. Ik ben bang. Waar ga ik in hemelsnaam naartoe?
De trein stopt. Een vrouw in een militairenpakje komt de coupé naar binnen, loopt een keer door de hele trein en gaat weer weg. Waarschijnlijk telde ze de passagiers. Om te checken of het er nog evenveel zijn als tijdens de passencontrole, want ook van ontsnappen houden ze hier niet.
Met de spanning van die enge trein nog in mijn buik, zetten we even later voet op Wit-Russische bodem. En daar staat Katja ons vol blijdschap op te wachten. ‘Hier hebben we tien jaar op gewacht!’ roepen zij en haar moeder in koor, waarop wij alleen maar omhelsd en gekust worden. In een klap slaat mijn bangheid om in geruststelling. Dit kan toch nog wel eens een heel leuke vakantie worden…

dinsdag 18 augustus 2009

Kriebels voor de reis

Nog nooit eerder was ik zo nerveus voor een vakantie. En dat komt niet doordat ik tegen het vliegen opzie. Of bang ben voor het krijgen van een of ander griepje. Nee, de vreemdheid van het land en alle reacties die we ontvangen op het noemen van de naam… dat maakt mij zenuwachtig.
‘Wie gaat er nu naar Wit-Rusland?’ krijg ik steeds te horen. Een fanatieke lezer van mijn columns zal weten waarom ik dat land ga bezoeken. Nadat ik samen met mijn ouders zo’n tien jaar lang gastgezin ben geweest voor Katja uit Pinsk, wordt het tenslotte wel eens tijd om haar omgeving met eigen ogen te zien.
En dus… staat de zevenpersoons auto inclusief dakdrager alvast klaar. De tassen eveneens, naast het uitgebreide reisschema. Want eerst rijden we naar Keulen, om daar op het vliegtuig te stappen richting Warschau. Vervolgens nemen we de trein naar Brest, alwaar Katja ons ophaalt met een busje waarmee we uiteindelijk in Pinsk zullen aankomen. Althans, als alles verloopt volgens plan.
Katja vertelt aan de telefoon dat ze plannen maakt voor wat ze ons allemaal gaat laten zien. Haar moeder bedenkt wat ze voor ons zal gaan koken. Intussen lees ik op internet over Pinsk en over de Wit-Russische hoofdstad Minsk.
Ik wil goed voorbereid op weg gaan, overal op bedacht zijn en niets vergeten. Oh ja, geld omzetten, dat moet nog gebeuren. Na een paar telefoontjes blijkt dat we hier in Nederland helemaal geen Wit-Russische roebels kunnen kopen. Dat moeten we in Pinsk dan maar doen. Het is het trouwens wel waard, want als we voor zo’n 250 euro roebels kopen dan zijn we daar al miljonair!
Ik ben benieuwd… Nog een nachtje slapen en dan vertrekken paps, mams, ons nichtje en tevens tolk met haar man, vriendlief en ik gezamenlijk naar Belarus! (Wordt vervolgd!)

woensdag 5 augustus 2009

Toekomstplannen

Wat een paleisje! Vriendlief en ik zien op internet de mooiste foto’s van een prachtig boerderijappartementje langskomen. Ik ben op slag verliefd! Maar kunnen wij dat stulpje wel betalen?
We kijken nog even verder en zien ook veel flatjes. Iets minder romantisch, maar wel aantrekkelijker qua prijs. Want we blijven studenten natuurlijk…
Ja, op termijn willen wij een woninkje gaan betrekken met z’n tweetjes. En als ik zo die leuke stulpjes bekijk in de krant en op het net, dan kan het voor mij niet snel genoeg gebeuren. Ik heb wel zin in mijn eigen optrekje. Bij sommige flatjes krijg je er ook nog een geweldig uitzicht over Parkstad bij!
De uitzet staat al klaar. Van bedden tot kasten, van handdoeken tot servies. Daar ligt het allemaal niet aan.
Het enige wat mist is een extra zakcentje dat iedere maand onze bankrekening een beetje aanvult. Als twee alom drukke studenten hebben we tenslotte niet de tijd om fulltime te werken. We sparen trouwens veel, maar met ons loon redden we het waarschijnlijk net niet om zo’n sjieke woning te bekostigen. Laat staan een hypotheek.
We bespreken ons dilemma en komen vervolgens tot de conclusie dat er niet veel anders op zit dan toch meer te gaan werken. Vriendlief vindt het prima. Hij weet dan ook dat hij binnen afzienbare tijd klaar is met zijn studie – en tijd heeft voor een baan.
Ik denk echter nog even na voordat ik zomaar overstag ga. Met de huizenpagina nog voor mijn neus, blader ik een paar pagina’s verder. Ik zoek naar de puzzels waar wat geld mee te verdienen is en begin ze als een gek in te vullen. Op weg naar de brievenbus rijd ik vervolgens nog even om, want ik had ook nog graag een paar loterijloten. Misschien dat we over een tijdje dan toch dat mooie boerderijtje kunnen betalen…